Ga naar hoofdinhoud
Home > Verhalen > Mantra bij stortbui: “vasthouden, bergen, afvoeren”

Mantra bij stortbui: “vasthouden, bergen, afvoeren”

Bij wateroverlast door een enorme stortbui is het niet vanzelfsprekend voor bewoners om te vertrouwen op het gemeentelijk rioolstelsel. De volumes regenwater die soms in korte tijd neerdalen, leveren meer water op dan waar de rioolbuizen op zijn ontworpen. Daarbij wordt het steeds noodzakelijker dat verkeerskundigen, woningbouwers, planologen, stedenbouwkundigen en iedereen – zakelijk of particulier - die in de openbare ruimte iets ontwikkelt, de impact van hitte of wateroverlast in hun plannen verwerken. Ook burgers zelf kunnen hun hoofd boven het overtollig water houden door slimme keuzes te maken in hun eigen leefomgeving.

De capaciteit van de rioolbuizen zijn beperkt

Een rioolbuis kan maar een beperkte hoeveelheid water aan. Als een stortbui minder dan 20 mm water in een uur tijd oplevert, dan voert het riool dat over het algemeen nog wel af. Wordt het meer? Dan kolken de putjes in de straat over en kan overtollig water kelders inlopen of de tuin verzuipt.

Het ontwerp van de huidige rioleringen

Dit zegt Edwin Griemink (beleidsmedewerker Water en Riolering, gemeente Borger-Odoorn) over de huidige rioleringen:
“Bestaande rioleringen zijn ontworpen voor buien die 20 mm water opleveren in een uur. Nieuwe rioleringen worden ontworpen met buizen die 30 mm water in een uur kunnen verwerken. Maar rioleringen gaan zo’n tachtig jaar mee en 95% van alle riolering is berekend volgens de norm van 20 mm water per uur. Dat betekent nu dus dat bij een stortbui de eerste 20 mm nog wel wegstroomt, maar de rest niet meer. We moeten dus leren leven met de verwachte wateroverlast. Deels kunnen we met dat water goed omgaan door de openbare, maar ook particuliere ruimte anders in te richten. Het is heel belangrijk dat we met elkaar bepalen waar we overtollig water naartoe willen laten stromen. Aangezien meer dan 75% van alle grond in particulier bezit is, zijn inwoners dus vooral ook zelf aan zet!”

Ellende, ergernis en kosten

Grieminks visie in het management van overtollig regenwater is: vasthouden, bergen, afvoeren. “Daar waar het valt, houden we het eerst vast, en als we niet meer weten wat we er mee aan moeten, gaan we het bergen in sloten en vijvers. Als die te vol lopen, stroomt het naar een kanaal of als laatste optie via het rioolstelsel weg. Als heel Nederland dat nou doet, komt zo’n stortbui vertraagd in het IJsselmeer terecht of misschien zelfs helemaal niet meer. We rekenen altijd in verhard oppervlak in combinatie met een bui. Die bui kunnen we niet beïnvloeden. Dat verhard oppervlak wel.” Over dat verharde oppervlak en de inrichtingskeuzes die we daarin maken, ligt de verantwoordelijkheid vooral bij beleidsmakers, ambtenaren, verkeerskundigen en planologen. Griemink roept op tot goede afstemming en meer regie zodat planmakers met elkaar samenwerken, elkaar vroegtijdig opzoeken en adviezen inwinnen. “Daarmee voorkom je veel ellende, ergernis en ook extra kosten.” Dat betekent niet dat burgers achterover kunnen leunen in het vertrouwen dat het leger beleidsmakers het allemaal wel goed regelt. Zelf aan de bal blijven is het devies, benadrukt Griemink. “Immers, 75% van alle regen valt op particulier terrein. Dat betekent dat de inwoners zelf verantwoordelijk zijn voor het ‘eigen’ regenwater.”

De mogelijkheden

Met creatief denken kom je een heel eind, zegt Griemink. “Neem nu een parkeerplaats. Die is standaard vijf meter lang en tweeënhalve meter breed en daar zit dan zo’n zwartstenen ‘matje’ in van twee bij vier. Dat gedeelte is natuurlijk geen zinnige bestrating. Als we daar nu grasbetontegels in leggen die voor de helft groen zijn. Dan is in totaal nog maar vier vierkante meter verhard en vier vierkante meter onverhard. Daardoor loopt bij een bui al heel wat water door die stenen in de grond in. Dat bedoel ik met water vasthouden. Daarmee ga je bovendien verdroging van de ondergrond tegen. En doe dat eens keer alle parkeerplaatsen die we hebben? Bedenk eens hoeveel water dat op grote parkeerplaatsen scheelt? Water dat anders het riool in zou stromen? Bovendien betekent minder beton ook minder hittestress op parkeerplaatsen.

Zijn tips voor particulieren

“In het klein kan het ook. Iedereen kan zijn eigen parkeerplaats aanpassen of een deel van de bestraatte oprit naar een schuur of garage eruit halen omdat de wielen van de auto daar nooit overheen gaan. Kun je daar net zo goed plantjes in zetten toch? Of die poreuze betontegels met gras. Alle kleine beetjes helpen. Een tegeltje wippen en een plantje poten? Prima. Werkt weliswaar maar een klein beetje, maar helpt dan weer de biodiversiteit en vergroening van de leefomgeving. En dat helpt weer tegen hittestress.

De riolering ontlasten doet u zo

"Nog een heel praktisch punt wat elke bewoner kan doen om het riool te ontlasten is zorgen dat de dakgoten niet rechtstreeks op het riool aangesloten worden. Ik zou het het mooist vinden als de dakgoten het hemelwater afvoeren naar bijvoorbeeld een vijver of een sloot achter in de tuin en dat van daaruit, als die vijver overvol is, er een overloopje naar het gemeentelijk riool zit. Dan hou je een teveel aan water eerst in je eigen tuin vast en net voor het moment dat je denkt dat je echt overlast krijgt, stort je over naar het gemeentelijk riool. En als je toch rondom je huis de boel wilt bestraten, kies dan voor klinkers in plaats van asfalt. Daar kan 40% procent van het water tussendoor wegstromen. Klinkers geven bovendien minder hitte af dan asfalt. Kies dan wel voor een lichtere kleur klinkers, niet dat antracieten kleurtje dat zo hot is tegenwoordig want donker houdt hitte juist vast. Het zijn allemaal kleine beetjes. Maar het helpt.”

Hallo, ik ben Storm.
Lekker weertje vandaag?

Wat merkt u van droogte, hitte en wateroverlast? Welke effecten vindt u acceptabel en welke niet? Heeft u een goed idee voor maatregelen om ons aan te passen aan de effecten van het nieuwe klimaat?
Laat het weten aan onze online assistent Storm! Hij legt u graag een aantal vragen voor.

Storm

Online
assistent